Het fiscaal stelsel voor sponsoring en mecenaat is totaal verschillend.
De intentie van de onderneming (is ze baatzuchtig of belangeloos?) en de realiteit van de overeenkomst bepalen het toepasselijk stelsel.
Maar er is veel onduidelijkheid over de juiste fiscale behandeling…
Mecenaat is in principe fiscaal niet aftrekbaar is, tenzij voor erkende organisaties die voldoen aan de voorwaarden bepaald in het Wetboek Inkomstenbelastingen (zie Giften en fiscaliteit).
Het fiscaal stelsel voor schenkingen is van toepassing.
Wettelijk kunnen op zeer strikte voorwaarden bepaalde schenkingen in mindering gebracht worden van de belastbare inkomsten van de onderneming.
Het gaat om aftrekbare professionele kosten (door het sponsorend bedrijf) als die aan de 3 voorwaarden uit art. 49 van het Wetboek van Inkomstenbelasting voldoen:
Het is noodzakelijk dat de uitgaven voldoende verband houden met de professionele activiteiten van de onderneming. De kosten moeten gemaakt zijn met de bedoeling professionele inkomsten te behouden of te verwerven. In dat verband is het van belang dat de firma publiciteit maakt als tegenprestatie van de sponsoring. Die publiciteit moet bovendien waarneembaar zijn.
Bij twijfel over de aftrekbaarheid van de gemaakte uitgaven, zullen de belastingambtenaren nagaan of de uitgaven bijdragen tot de bloei van het bedrijf doordat aan het bestaan ervan grotere ruchtbaarheid gegeven wordt.
De gemaakte kosten moeten ook proportioneel zijn: ze mogen niet op onredelijke wijze de nood van de sponsor overstijgen. Artikel 53,10° WIB bepaalt dat alle kosten , voor zover zij op onredelijke wijze de beroepsbehoeften overtreffen, niet aftrekbaar zijn. Daar waar de administratie niet kan oordelen over de gepastheid of het nut van de uitgaven, zal zij zich wel uitspreken over het feit of de uitgaven in die mate nodig waren voor de beroepsuitoefening.
Bij het ontvangen van sponsorgelden moet men ook rekening houden met het btw-aspect. Sponsorgelden zijn immers ontvangsten die in principe onderworpen zijn aan btw. Daardoor kunnen organisaties die voor hun overige activiteiten vrijgesteld zijn van btw (bv. sportclubs die vrijgesteld zijn van btw volgens art. 44 WBTW), ‘gemengd btw-plichtig’ worden.
Het is echter mogelijk volledig vrijgesteld te blijven van btw als de totale belastbare ontvangsten niet meer dan 25.000 euro bruto op jaarbasis bedragen (vrijstellingsregeling art. 56 WBTW – kleine ondernemingen).