Extra middelen zijn voor de meeste organisaties welkom.
Maar vooraleer je krampachtig op zoek gaat naar nieuwe inkomstenbronnen, is het zinvol om de financiële situatie van je organisatie eens grondig door te lichten.
Elke organisatie heeft kosten en opbrengsten. Beide luiken doorlichten is dus de boodschap!
De kosten kunnen misschien lager en de opbrengsten misschien hoger?
Er zijn twee soorten kosten:
Bv.: infrastructuur, huur, onderhoudskosten, verzekeringskosten, energiekosten, communicatiekosten, lidgelden, abonnementen, afbetaling leningen, …
Bv.: personeelskosten, vervoerskosten, kosten activiteiten, …
De kosten verlagen kan op verschillende manieren, zoals:
Opgelet: sommige ingrepen op de kosten kunnen ook invloed hebben op de inkomsten of nieuwe kostenposten doen ontstaan!
Ingreep kostenkant |
Mogelijke extra kosten |
Invloed opbrengstenkant |
minder personeel
minder arbeidsuren |
opzegvergoeding | Inkomsten uit activiteiten/diensten
(minder activititeiten/diensten) Subsidies werkgelegenheidsmaatregelen (sociale maribel, VIA, enz.) |
uitbesteding opdrachten | extra kosten leverancier | |
inschakelen freelancers, vrijwilligers | extra begeleidingskosten | |
reorganisaties | vaak consultancy-kosten +
kosten verandering |
|
digitalisering | extra informaticakosten |
Hoe ziet je financieringsmix eruit? Ben je vooral afhankelijk van één inkomstenbron of heb je een divers palet van inkomsten? Zijn je inkomsten conjunctuur- of trendgevoelig? Met welke opbrengst kun je welk soort kosten best dekken?
Mogelijke inkomstenbronnen:
Opgelet: sommige nieuwe inkomsten veronderstellen eerst een investering of opstartkosten!
Voor een meer gedetailleerde lijst van financieringsmogelijkheden zie ‘Financieringsbronnen‘ (met overzicht van instrumenten.
Sommige externe maatregelen, ingrepen kunnen je kosten/opbrengsten beïnvloeden. Denken we maar aan een aantal directe, fiscale of flankerende beleidsmaatregelen, bv.: